De twee ploegen die tot nu toe het meeste indruk maakten op dit WK voor clubs, troffen elkaar al in de kwartfinale. Voor velen een finale avant la lettre. Het duel verliep vrij evenwichtig, al moest PSG-doelman Gigi Donnarumma vaker ingrijpen dan zijn collega Neuer. Die laatste kreeg dan weer twee doelpunten om de oren.
Het duurde echter lang voor PSG zijn overwinning kon afdwingen. Na een afgekeurd doelpunt voor buitenspel van Dayot Upamecano in de blessuretijd van de eerste helft (45+1), was het pas in de 78e minuut dat Désiré Doué de ban brak. In de toegevoegde tijd maakte Ousmane Dembélé er 2-0 van (90+6) en besliste zo definitief de wedstrijd. Ondertussen was PSG al herleid tot negen man
na rode kaarten voor Willian Pacho en Lucas Hernandez. Desondanks boekte de Franse kampioen zijn ticket voor de halve finales.
Real maakt het verschil vroeg
In die halve finale wacht Real Madrid. De Spanjaarden versloegen Borussia Dortmund met 3-2 in een wedstrijd die zowel in het begin als aan het einde flink wat spektakel bood. Het was Gonzalo García die al na tien minuten de score opende voor Real (1-0). Tien minuten later verdubbelde Fran García de voorsprong (2-0).
Hoewel de wedstrijd redelijk in balans was, had Real het lichte overwicht. Dortmund wist zijn balbezitmomenten goed uit te spelen, maar kwam pas in de blessuretijd tot scoren via Maximilian Beier (90+2, 2-1). Een comeback? Niet echt, want amper twee minuten later maakte Kylian Mbappé er alweer 3-1 van (90+4). Het slot was nog turbulent: Dean Huijsen kreeg rood na een noodremfout (90+6), en de daaropvolgende strafschop werd door Serhou Guirassy omgezet (90+6, 3-2).
⚽ GONZALO GARCÍA STRIKES EARLY!
10th minute, 4th goal of the tournament — this young man is on fire! 🔥 pic.twitter.com/SWqxpqKQJj— DAZN Football (@DAZNFootball) July 5, 2025
Belgische noot: Julian Duranville viel in bij Dortmund in de 63e minuut, maar moest er geblesseerd af in de 82e.
Paris en Real ontmoeten elkaar in de halve finale op 9 juli in het MetLife Stadium in East Rutherford.
