De “zwevende Zweed” heeft het weer gedaan. In een vol stadion in Tokyo vloog Mondo Duplantis over 6,30 meter – goed voor zijn negende wereldrecord in het polsstokspringen. Waar anderen hun plafond bereiken, blijft hij telkens een nieuwe lat leggen. Het publiek keek ademloos toe hoe hij met schijnbaar gemak de geschiedenis herschreef.
Sinds zijn doorbraak als piepjonge tiener staat Duplantis te boek als een fenomeen. In 2020 sprong hij zijn eerste wereldrecord, sindsdien blijft hij de discipline domineren en verbeteren. Elk groot toernooi lijkt het perfecte decor voor een nieuwe stunt. In Tokyo leverde dat opnieuw een moment op dat wereldwijd de sportliefhebbers recht in de zetel deed zitten.
Liefde van de lat
Met zijn 25 jaar heeft Duplantis de sport niet alleen op eenzame hoogte gebracht, hij heeft het polsstokspringen ook populairder gemaakt dan ooit. Zijn mix van atleet, showman en perfectionist maakt dat hij een van de meest herkenbare gezichten van de atletiek is geworden. “Ik kreeg vandaag de liefde van de lat”, grapte hij na afloop, al verraadt zijn grijns dat hij alweer met de volgende sprong bezig is.
Het lijkt alsof de Zweed zichzelf telkens opnieuw uitdaagt. Voor hem is 6,30 meter geen eindpunt, maar slechts een tussenstation. Hoe hoog hij uiteindelijk kan vliegen? Niemand die het durft te voorspellen – behalve misschien Duplantis zelf.
En de Belgen..?
Voor de Belgische atleten leverde dit WK minder hoogtepunten op. In het polsstokspringen konden onze landgenoten geen rol van betekenis spelen. De aandacht ging dus vooral naar de man die telkens weer bewijst dat records gemaakt zijn om gebroken te worden: Mondo Duplantis.
LEES OOK: Nafi Thiam kreeg speciale test voor Tokio
